Het allerverdrietigste vind ik dat jij het allemaal niet
meer mag mee maken. Je zoon heeft een nieuwe baan en gaat samenwonen. Hij kan
het je niet vertellen en jij kan niet blij voor hem zijn. Want wat zou je blij
zijn geweest! We gaan deze zomer naar een concert dat je echt heel leuk zou
hebben gevonden, maar je kan niet mee. Ik voel zoveel verdriet in jouw plaats,
over jouw leven dat is gestopt en niet meer verder gaat. Over alle dingen die
je zult moeten missen en die je zo graag had meegemaakt. Hoe heb je dat kunnen
accepteren? Dat is toch veel te moeilijk. Vond je het onrechtvaardig? Oneerlijk?
Waarom weet ik het antwoord niet op deze vragen?
Ik denk dat je je erbij hebt neergelegd. Je was zo rustig
toen je van ons wegging, wetende dat alle dingen die wij zouden zien, beleven,
horen, ervaren, voelen in de toekomst aan je voorbij zouden gaan. Wetende ook
dat je zelf nooit meer zou zingen, nooit meer op het terras zou zitten, nooit
meer zou lachen met vrienden. Je kon alleen maar rustig zijn, omdat je dat
allemaal okee vond. Omdat het niet anders was, niet anders kon. Als ik nu de
foto’s van je zie die op het cd-hoesje staan, die negen foto’s die samen jouw
leven laten zien, dan voel ik je pijn die ik tijdens je leven nooit zo heftig
heb gevoeld. De pijn dat het allemaal moest stoppen, dat jouw fantastische
leven niet verder ging dan 21 april. Want mama, ik had het je zo onbeschrijflijk
veel gegund dat het leven door was gegaan en dat je er nog allerlei
spannende, mooie dingen uit zou halen. In plaats daarvan zijn er nu alleen mijn
tranen, voor jou.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten