donderdag 15 augustus 2013

Werken

Achter een computer. Ogen gericht op het beeldscherm. De juiste documenten staan open. Ook open staan Facebook, Twitter en nieuwspagina’s. Afleiding. Waar is mijn concentratie? Niets komt er uit mijn handen, of uit mijn hoofd, of uit welke porie van mijn lichaam dan ook. Er zit een dot watten waar mijn hersenen horen te zitten. Watten nemen informatie op en kunnen er vervolgens niets mee. Ze zetten het niet om in gedachten, overwegingen, uitspraken, verbanden. Ze nemen op en vergeten weer. Ik vergeet. Altijd, zoveel. De hele week was ik niets waard. Ze zouden me niet mogen uitbetalen.  Als ze wisten, écht wisten, hoe weinig ik deed. Dan zouden ze me op straat zetten.

Is ook dit rouwen? Nee? Ja? Ik weet het niet, maar verdomme, wat is het irritant.


De allerleukste baan, die heb ik. Ik mag doen wat ik interessant vind, leren over dingen die ik nog niet weet maar wel wil weten. De hele dag. En ik krijgt ervoor betaald. Maar toch verkloot ik het. Zo langzaam en afgeleid als ik ben, moet ik steeds zeggen “sorry het is niet af”. Sorrysorrysorrysorrysorrysorry. En ik ben er zo moe van om me schuldig te voelen. Want het voelt niet alsof ik er iets aan kan doen. Dat is precies het rotte ervan. Wat kan ik doen? Wat kan ik hieraan doen? Vertel het me, alsjeblieft. Het moet anders, ik wil anders. Ik kan anders?