donderdag 26 juni 2014

Missen

Missen is een heel raar iets en dat maakt het moeilijk te omschrijven. Laat staan begrijpen. Ik denk dat ik meerdere vormen van missen ken. Het oppervlakkige missen: weten dat er iets gebeurt waar je niet bij kan zijn – een avond uit met de vriendengroep maar jij bent ziek. Het moment-missen: wensen dat iemand bij je was op een bepaald moment. Bijvoorbeeld je vriendje of een vriendin als je iets heel moois ziet en dat wilt delen. Maar ook het missen van mama als er iets vervelends is gebeurd en ik dat met haar wil delen. Dan is er het gewoonte-missen: als je opeens een bepaalde gewoonte moet doorbreken. Zoals niet meer kunnen bellen omdat iemand er niet meer is, terwijl je dat zo vaak deed.
Ik ken ook het heftige missen – het intense, je naar de keel grijpende, allesoverheersende gemis dat zelfs plotseling kan komen als je al meer dan 7 jaar weet dat iemand dood gaat. Of het mooie missen dat vol zit met verhalen en beelden en liedjes. Dat je misschien zelfs doet lachen. Of huilen. Maar toch, mooi.

De laatste die ik kan bedenken is het diepe missen. Het missen dat je overal in je lijf voelt, zonder dat er een directe aanleiding is en zonder dat je weet waarom precies nu. Het missen dat het overal binnenin je een beetje donkerder maakt, en dat ik het beste kan omschrijven als een gevoel van nutteloosheid. Alhoewel het dat ook niet precies is. Misschien is dat het rouw-missen. Dat besef van het definitieve weg-zijn, dat niet los laat maar aan en in je blijft kleven. Omdat het deels de plek in heeft genomen van iets wat er daarvoor was. Waar momenten en gewoonten en oppervlakkigheden en geluiden waren – maar die zijn nu op. Het is een missen dat soms vol kan zijn met herinneringen en een seconde later alleen nog maar uit leegheid bestaat. Dat doordringend werkt, net als hoe de kou in je lijf trekt als je in een ijskoude bui kletsnat regent. Maar in plaats van opdrogen en warm worden, blijf je doordrongen van het gevoel dat je een stuk kwijt bent, een stuk meer alleen op de wereld lijkt te zijn.

Zo voel ik me de laatste tijd veel. Na het heftige missen, het moment-missen, het mooie missen van de eerste twee jaar, lijkt nu de tijd aangebroken van het diepe missen. Ik heb haar al meer dan twee jaar niet gezien, twee jaar niet gesproken, gevoeld, geroken.

Mama, ik mis je.

                                                                                                 

zondag 13 april 2014

Wennen

We hebben laatst bijna al je schoenen weggegooid. Drie paar hebben we bewaard. Ook die zwarte met vlinders erop in wit stiksel, je weet wel welke ik bedoel. We hebben ook je handtas leeggemaakt. Dat was het. Verder is alles er nog. Papa zou wel al meer willen wegdoen, maar D. en ik hebben er helemaal geen zin in. Al je kleren zijn er nog. Net als je sjaals. Maar niks ruikt meer naar jou. We hadden ooit moeten uitzoeken hoe we je geur hadden kunnen bewaren. En als het niet gekund, hadden we dat moeten uitvinden.


Bijna twee jaar geleden schreef ik dit in een mail naar vrienden: ‘Het is zo overduidelijk dat het niet meer klopt nu ze er niet meer is.’ Maar als ik nu papa’s huis binnenloop, verwacht ik niet meer dat je er bent. Jouw afwezigheid is niet meer het eerste dat me opvalt. En dat spijt me mama. Maar ik kan er niks aan doen. Het is vanzelf gegaan. Er zijn al teveel keren geweest dat ik binnenkwam en jij me niet begroette bij deur, op de bank zat of in de keuken stond. Teveel keren dat jij niet ’s ochtends naar de radio luisterde als ik beneden kwam. Teveel avonden dat je niet mee at en teveel grapjes die je niet kent. Het went en dat is zo vreselijk. Want het went dat je er niet bent maar niet dat je er nooit meer zal zijn. Slaat dat ergens op? Ik kan het hebben dat je er nu op dit moment niet bent, maar weten dat het definitief is – daar kan ik nog steeds niet tegen.

zondag 5 januari 2014

Jarig

Morgen ben ik jarig. Tweede verjaardag zonder mama. Net als vorig jaar geen zin in. Alhoewel ik het dit jaar niet ontloop en toch vier. Eigenlijk is je verjaardag de viering van je geboorte. Maar wat als degene die van jou beviel er niet meer is? Het voelt incompleet. Alsof het eigenlijk niet correct is, niet juist om het zonder haar te vieren. Vroeger keken we op mijn verjaardag samen mijn eerste babyalbum door en vertelde ze over de bevalling en het dieptepunt waarop ze zei dat ze nooit meer zwanger wilde worden. Gelukkig heeft ze zich daar niet aan gehouden.

Mijn broertje was een week geleden jarig. Ik vraag me af of hij er ook bij stil heeft gestaan. Vast wel. Kan niet anders. We zijn moederloze kinderen. Halve wezen. We zijn net oud genoeg dat dat niet meer onoverkomelijk is. Niet meer zo intens verdrietig als elfjarigen die hun moeder moeten missen. Maar we zijn niet oud genoeg dat het normaal is. Dat het normaal was om onze mama langzaam een bejaarde te zien worden en afscheid te moeten nemen.


Niet oud genoeg om mijn 28e verjaardag zonder haar te moeten vieren.